Als mijn fiets kon vertellen… (deel 1)

Ik ben de randonneurfiets van Henk W. Pol. Noem me maar Gazelle. Nou nee… eigenlijk maar niet, want een fiets heeft helemaal geen naam.

Maar eerst iets over het woord randonneurfiets. Dat is een langeafstandsfiets. Soms wordt deze ook wel trekkingfiets genoemd.

Nu weet je, wat voor fiets ik ben. Henk, ik noem hem in dit verhaal mijn “baasje”, heeft mij gekocht in 2002. Het jaar daarvoor bleek zijn vorige randonneurfiets onherstelbaar beschadigd te zijn: een knik in het frame. Er moest dus een nieuwe komen. Hij ging hiervoor naar een fietsspecialist, namelijk Tweewieler Centrum Zoombelt in Oldebroek. Mijn baasje stelde in overleg met Jan Zoombelt mij samen. Ze gingen uit van de Gazelle Medeo en daarop kwam een vlinderstuur, voordragers (dragers, waarop fietstassen op het voorwiel kunnen worden gemonteerd).

Mijn baasje heeft heel wat fietsvakanties met mij samen gemaakt. Daarover ga ik nu vertellen.

De Vlaanderen Fietsroute 2002

Het was de tweede fietsvakantie, die Henk met zijn neef Gerard ging ondernemen. Wat me goed beviel, dat Henk me altijd meenam in de trein, als het beginpunt niet in Wezep was, waar ik toen in de schuur stond. Deze fietsvakantie zou in Brugge beginnen. Ik mocht dus in de trein naar Amersfoort, vervolgens naar Rotterdam. Daar kwam de fiets van Gerard er bij (en Gerard zelf ook natuurlijk). We stapten in de trein naar Antwerpen en vervolgens naar Brugge.

Deze fietsvakantie duurde acht dagen en eindigde in Maastricht. Ik had 486,97 kilometers gedraaid.

Fietsen langs de Limes 2003

Het jaar daarop mocht ik het tweede deel van de Limesroute leiden. In 2001 waren Henk en Gerard met mijn voorganger wezen fietsen van Nederland naar Regensburg (aan de Donau). En in 2003 ging het verder van Regensburg naar Wenen. Daar gingen Gerards fiets en Gerard ons verlaten, omdat Gerard weer aan het werk moest. Ik ging met mijn baasje verder naar Boedapest, waar de route voor Henk eindigde. Ik had toen 899,6 km. op de teller staan.

Fietsen in Vietnam 2004

Een heel bijzonder reis. Voor het eerst mocht ik in het vliegtuig. Mijn baasje moest mij inpakken. We gingen weer met z’n vieren, Gerards fiets, Gerard, Henk en ik. Gerard fietste drie weken mee.

Hier staan wij beiden klaar om ingepakt te worden op Schiphol, waarna we naar het bagageruim worden getransporteerd.

We vlogen eerst naar Hanoi, waarvandaan we een rondgaande fietstocht maakten. Gerard ging daarna terug naar Nederland. Henk fietste daarna van Hanoi naar Saigon (Ho-Chi-Minhstad). Daarom moest hij het verpakkingsmateriaal ook meenemen op mijn bagagedrager.

Voor mij was het een onvergetelijke vakantie. Wat een ongelijk wegdek vaak. En het meest bijzondere: een van de laatste dagen moesten we over een kleidijk. Overal zat klei op mij. En als dat zou opdrogen, dan zouden mijn onderdelen, zoals de ketting en de derailleur er veel hinder van ondervinden. Maar wat een geluk: onderweg zagen onze baasjes een bedrijfje, waar brommers en motoren en wij dus ook schoongespoten konden worden.

Fietsvakantie Cuba 2005

De baasjes vonden de verre vakantie in Thailand zo bijzonder, dat ze het jaar erop weer een exotische reis maakten, nu naar Cuba.

En op deze reis mocht mijn baasje een lekke band plakken.

Verder moest de reis anders dan gepland. Er was een orkaan geweest en er was niet overal elektriciteit. De route moest worden veranderd. Er moest gebruik worden gemaakt van een particuliere taxi. Wij als fietsen moesten uit elkaar gehaald worden, zodat we konden worden meegenomen.

En het laatste stuk naar Havana gingen we met z’n vieren met een lijnbus. De baasjes bovenin en wij in het bagageruim van de bus.

Wordt vervolgd